Kennis groeit exponentieel. Elke dag worden er duizenden artikelen gepubliceerd, nieuwe technologieën geïntroduceerd en baanbrekende ontdekkingen gedaan. Toch voelt het soms alsof al die kennis nauwelijks iets verandert in de manier waarop we leven, werken en samenleven. Hoe kan het dat we zoveel weten, maar zo weinig doen met wat we weten?
De kloof tussen kennis en praktijk
Wetenschappelijke inzichten sijpelen vaak langzaam door naar de praktijk. Valorisatie – het omzetten van kennis in waardevolle toepassingen – blijft achter bij de snelheid waarmee nieuwe inzichten ontstaan. Neem bijvoorbeeld de klimaatcrisis: we hebben decennia aan overtuigend bewijs over de gevolgen van CO₂-uitstoot, maar gedragsverandering en structurele aanpassingen verlopen pijnlijk traag.
Deze kloof tussen weten en doen zit diepgeworteld in hoe we als samenleving functioneren. Nieuwe kennis vraagt om verandering, en verandering vraagt om moed, leiderschap en vaak ook offers. Maar mensen, organisaties en systemen zijn vaak gericht op stabiliteit en voorspelbaarheid.
Nieuwe kennis, oud gedrag
Soms verandert kennis zo snel dat mensen het simpelweg niet kunnen of willen bijhouden. Nieuwe inzichten kunnen zelfs weerstand oproepen – ze schudden bestaande overtuigingen door elkaar en vragen om ongemakkelijke aanpassingen. Denk aan roken: we weten al decennia dat het kankerverwekkend is, en toch blijven sigaretten legaal en alomtegenwoordig. Waarom verdwijnen sigaretten niet net zo snel uit de winkels als kinderspeelgoed met kankerverwekkende stoffen?
De reden is complex. Er spelen economische belangen, politieke druk en culturele gewoonten mee. Maar misschien is er ook iets menselijks aan: we zijn niet zo goed in gedragsverandering, zeker niet als die verandering direct ongemak veroorzaakt.
Beschermen of…?
Waarom beschermen we kinderen tegen giftig speelgoed, maar doen we dat niet voor volwassen tegen sigarettenrook? Waarom grijpen we bij sommige problemen snel in en bij andere niet? Het antwoord ligt, denk ik, deels in wie we proberen te beschermen en hoe zichtbaar het gevaar is. We beschermen namelijk wel het kind tegen de giftige pop, maar niet tegen de gevolgen van plasticpoppen in het algemeen.
Hier zit blijkbaar nog iets paradoxaals: we nemen vaak beslissingen op basis van korte-termijndenken, zelfs als de lange termijn desastreus kan zijn. Beschermen we mensen echt, of beschermen we systemen die in stand moeten blijven?
Wat betekent dit voor mij?
Soms voel ik me klein tegenover de gigantische machine van kennisproductie en de traagheid van verandering. Hoeveel ik ook lees, hoeveel ik ook weet – er blijft een stemmetje in mijn hoofd dat zegt: “Ik weet eigenlijk niks.” Maar misschien is dat ook wel precies waar de ruimte zit: in de erkenning van wat ik niet weet, van wat ik nog niet begrijp, en van wat ik misschien nog wel kán veranderen.
Misschien is de belangrijkste vraag niet wát we weten, maar hóe we leren om het toe te passen. Niet alleen als individuen, maar als samenleving. Want kennis niet omzetten vaardigheden (actie) is als een kaart zonder reiziger (reis): het laat je zien waar je heen zou kunnen, maar brengt je nergens.
Vind ik leukOver Dries van den Enden
Sr. Docent Fontys - iFontys/Innoversity lid - Oprichter van de minor Data Driven Business Lab - Praktisch onderzoeker naar Hybride onderwijs (waar student, docent en werkveld van en met elkaar leren).
- More Posts(33)