Terwijl één Fontysdocent worstelt met zijn college in MS teams en uiteindelijk maar afhaakt, zit een andere docent met drie van de zestien uitgenodigde studenten een monoloog af te steken. Vragen aan de deelnemers levert niks op. Hun microfoontjes blijven uit.

Een ruimte verder, in het eindeloze virtuele schoolgebouw van MS Teams, presenteert een student in een zelf belegde en bedachte workshop de werking van de prachtige storytell-tool Slices. Er heerst een levendige discussie. Studenten ruiken de potentie, zien de mogelijkheden en complimenteren elkaar enthousiast. Ze staan te popelen om ermee aan de slag te gaan.

Twee werelden van verschil.

Twee keer de Fontyswerkelijkheid van nu. Die begon allemaal op 12 maart 2020 als het hoge woord valt. Het gehele HO van Nederland gaat dicht. Een dag later mogen alle docenten en studenten van Fontys in allerijl nog hun spullen ophalen, maar daarna sluiten de deuren en verplaatst alle onderwijs zich naar het wereld wijde web. Fontys roept taskforces in het leven. Met veel energie en met man en macht wordt alles omgezet naar online doceren.

 

 

 

Binnen het SAMR model spreken we dan van substitutie. En juist de substitutie zorgt voor hoofdbrekens. Voor zoektochten naar functies, naar mogelijkheden. Dus worstelt de docent met teams, zoals net beschreven. Overal slaat de paniek toe. Iedereen is snel aan het ontwikkelen geslagen en iedereen leert snel hoe je online verder moet. Dat levert veel vragen en hick-ups op. We komen daar gezamenlijk uit. Iedere hobbel wordt genomen. Chapeau! Maar het zorgt ook voor twijfel. Want waarom komt de student niet opdagen? Waar waren die andere studenten van het genoemde voorbeeld hierboven?

SEAL

Dan even naar het groepje enthousiaste studenten. Die studenten werken al langer met het didactisch conecpt SEAL. Wat opvalt is dat als je contact legt met de plekken binnen Fontys waar onderwijs volgens SEAL wordt verzorgd, er nauwelijks sprake is van aanpassingstijd. De projectgroepen werken online verder. Alsof dat niet veranderd is. Er geen corona bestaat. Ok, ze zeggen in diezelfde workshop dat ze elkaar missen. En dat ze hopen dat ze elkaar dit schooljaar nog mogen zien. Maar ze werken gewoon door. Een herkenbaar beeld voor Dries van de Ende, coach, die binnen zijn minor Data Driven Business Lab (DDBL) ook met SEAL werkt. “Als coördinator was ik even in shock. De studenten doen projecten met bedrijven, hebben veel persoonlijk contact en organiseren verschillende events om hun voortgang mee te delen. Het blijkt dat mijn schrik totaal niet op zijn plaats was. Studenten pakken de draad makkelijk op, want ze waren al gewend om vanuit eigenaarschap te werken, vanuit hun eigen leerdoelen, vanuit wat ze zelf willen laten zien aan de buitenwereld.” Hoe komt het dat iedereen het gevoel heeft dat online vlekkeloos doorloopt?

Zijn SEAL-studenten beter bestand tegen veranderingen? Voelen SEAL-studenten de urgentie dan meer? In gesprek met diverse coaches krijg ik enkele inzichten. De studenten die met SEAL leren, krijgen niet steeds nieuwe opdrachten, die formuleren ze voor zichzelf. Dus ze hoeven niet te wachten op actie vanuit de opleiding om verder te kunnen met leren. Hun vraag is eerder: “Hoe kan ik doorgaan met leren?”. Dat terwijl de student uit het reguliere onderwijs eerst bevestiging nodig heeft. Want: “wat moet ik nu doen”, “welke alternatieve opdrachten krijg ik?”, “heb ik de opdracht goed gemaakt?”.

Sommige studenten vinden het wel moeilijk om alleen thuis te werken. Zij richten samen digitale werkplekken in. Dat wil zeggen, ze zijn tegelijk online terwijl ze hun eigen taak uitvoeren. Zoals ze in de SEAL-omgeving samenwerken terwijl ze elkaar zien en spreken, doen ze dat nu online. Een digitale kantoor als het ware.

Verder geven coaches aan dat er slechts een beperkte hoeveelheid regels is, dat betekent ook veel minder aanpassing nu het digitaal moet. Ze waren deels al digitaal. Omdat ze via Teams, Slack, Trello, Project Campus, Whatsapp de hele dag met elkaar communiceren. Om elkaar te inspireren, te feedbacken. Dit is ook online mogelijk, dus ook wat betreft die substitutie verandert er niets.

Assessment as Learning

Nog een reden waardoor de studenten doordenderen. Binnen SEAL wordt gewerkt met Assessment as Learning. Daardoor valt het hele circus rondom summatieve kennistoetsen weg, waar de meeste hogescholen en universiteiten nu de meeste hoofdbrekens over hebben. Alles wat de studenten doen, zeggen, maken zijn datapunten, of beter: leermomenten. De docent is niet noodzakelijk nodig om verder te gaan. Dat regelen ze onderling wel. Wat kunnen we leren als we hier met wat meer afstand naar kijken? Het is goed om dat eerst terug te grijpen op de waarden van SEAL.

Op de website van iFontys (www.fontys.nl/ifontys) staat het model verder beschreven met de waarden. Als we naar die waarden kijken zien we dat ze vooral gebaseerd zijn op de motivatietheorie van Ryan en Deci. Vertrouwen zorgt voor het gevoel van competentie. Eigenaarschap voor autonomie. Veiligheid en verbondenheid voor het gevoel deel uit te maken van een groter geheel. De kern van het model is om alle regie bij de studenten te leggen. Zij hebben in een eerdere fase van het leren al een basis gelegd in de groepsvorming. Alle projecten hebben al contact gehad met hun opdrachtgevers. Student besluiten zelf wat de output wordt (in samenspraak met hun opdrachtgever) en welke planning ze hierbij hanteren. Dit samen met het vaste ritme van de week, zorgt voor overzicht en eigenaarschap.

Binnen een van de opleidingen wordt zelfs gewerkt aan een online Show en Grow met de hele community (240 studenten). Nog een voorbeeldje dan maar. Van de Ende: “De contacten lopen relatief soepel door, het kantoor is verplaatst naar MS Teams. Er zijn veel ‘meetings’ met of zonder opdrachtgever uit het werkveld. Coaches worden uitgenodigd en het proces gaat door. Toen kwam weer een kleine schok: maar de Poster Presentaties dan? Dat is normaliter een kort event waar allerlei bedrijven en mede studenten op bezoek komen, feedback geven, verbindingen maken en elkaar vragen stellen. Er kwam een idee om het via MS Teams te gaan doen, spannend. Wat blijkt: het werd een presentatie-event met complimenten vanuit de studenten zelf. Veel aandacht voor elkaar en extra focus op goede vragen. Wat heb ik als coördinator gedaan? De online ruimte in MS Teams klaargezet, de rest is vanuit de studenten ontstaan.”

Condor

Ook bij Condor van Journalistiek draait het onderwijs door. Ze halen opdrachten binnen bij nieuwsbedrijven. Verzamelen data en proberen die te visualiseren. Ze onderzoeken hoe ze als bedrijf zich kunnen vermarkten, waarbij iedere journalist zijn eigen talent kan inzetten voor het collectief. Ze spitten. Ze lezen boeken. Is dit hogere wiskunde? Neen! Wat maakt dat dit werkt? Als je onderwijs wilt verzorgen op welke manier dan ook gaat het om het regelen van de interactie, zodat de student zijn (hulp)vraag kan stellen, deze kan afstemmen en beantwoord krijgen. Daarvoor moet je de band die je hebt opgebouwd versterken. Dit kan door vaak en in wisselende samenstelling online interactie te hebben.

Ook hier geldt dat formeel, non-formeel en informeel door elkaar heen lopen. Daarbij geef je de regie aan de studenten. De vraag is “Hoe kunnen wij dit werkbaar maken met elkaar?” Het gaat dus om het starten van netwerken online die op een laagdrempelige manier met elkaar in contact zijn over allerlei vragen. Deze kunnen gericht zijn op product, procedure en proces. Daardoor gaat de online groepsvorming door en/of wordt deze versterkt. Vanuit het nu: geen extra werk dus. Maar business as usual.

Het advies:

  • Zoek naar online werkruimtes waar je virtueel bij elkaar kunt zijn nu dat fysiek niet meer kan. Maar zorg dat daarin ook ruimte is voor non-formele en informele momenten en contacten. Deze kunnen zijn tussen studenten onderling, maar zeker ook tussen studenten en docenten.
  • Zorg dat de studenten aan grote opdrachten (venijnige vraagstukken) werken die geen eenduidige oplossing kennen. Zeker in deze tijd zijn er die genoeg.
  • Zorg dat ze daarbij veel samen moeten werken, o.a. door te vragen naar stevige onderbouwing vanuit de literatuur die ze moeten toepassen. Laat studenten zelf plannen hoe ze tot een oplevering komen.
  • Zorg voor simpel weekritme met momenten van incheck en uitcheck in de online ruimte voor de hele groep. En tussentijdse vaste moment om met kleine (project)groepen contact te hebben. Geef studenten de ruimte om online samen te werken in samenwerkingsruimtes waarin tegelijkertijd aan materiaal gewerkt kan worden.
  • Regel digitale peer feedback en/of peerreview in en bespreek die feedback in online groepen. Laat de resultaten online delen met de grote groep, zorg voor momenten van trots.
  • En tot slot probeer ook in deze tijd van digitale contacten het werkveld als opdrachtgever in te zetten en betrokken te houden.
FavoriteLoadingVind ik leuk

Over Jos Speetjens

Consultant onderwijs innovatie, Fontys Dienst OenO en lid van het Fontys innoversity innovatienetwerk.