Sociale innovatie
Vanuit de visie om meer talent gericht op te leiden is Fontys Hogeschool HRM en toegepaste psychologie het afgelopen schooljaar gestart met de pilot praktijkatelier. Praktijkatelier omvat een alternatieve leerroute die gericht is op leren van ervaring in het werkveld. Studenten die deelnamen aan de pilot gingen voor diverse opdrachtgevers aan de slag. Zelf ben ik, vanuit Fontys Hogeschool HRM en toegepaste psychologie, werkzaam bij Sociaal Innovatie Centrum Oisterwijk. De locatie, die ontstaan is uit een samenwerkingsverband tussen Fontys Hogeschool en zorgorganisatie Dagelijks Leven, wordt door studenten als een ‘onderneming’ draaiende gehouden. Tijdens het afgelopen studiejaar zijn naast de reguliere stagiaires enkele praktijkatelier studenten bij het Sociaal Innovatie Centrum van start gegaan. Het opendeurbeleid zorgt er geregeld voor dat mensen het centrum binnen stappen om met de studenten te genieten van een kop koffie en een vrijblijvend gesprek. Op deze manier wordt een eerste ontmoeting tussen een student en een potentiële doelgroep gerealiseerd. In de meeste gevallen is een dergelijke ontmoeting voor de student een eerste kennismaking met iemand die de ziekte dementie heeft. Ik ben er stellig van overtuigd dat het voor de student noodzakelijk is om de doelgroep daadwerkelijk te ontmoeten, alvorens er op een kwalitatief goede manier aan een opdracht kan worden gewerkt. Het primaire doel van het gesprek is de ontmoeting zelf. Tijdens de ontmoeting en de bijbehorende kop koffie komt verbazingwekkend vaak een aanknopingspunt voor een coach- en of trainingstraject voorbij. Het is aan de student om hierop in te spelen en, onder het toeziend oog van de aanwezige begeleiding, een traject op te starten.

“Het primaire doel van het gesprek is de ontmoeting zelf.” – Joeri Sijstermans

Uit de schoolbank
De opdrachten die studenten uitvoeren tijdens het reguliere curriculum zijn vaak gebaseerd op fictieve casuïstiek. Praktijkatelier geeft de deelnemende student de mogelijkheid om samen te werken met ‘echte’ opdrachtgevers. De student leert niet alleen om bepaalde vaardigheden te professionaliseren maar ook om met deadlines en verantwoordelijkheden om te gaan die representatief zijn voor het toekomstige werkveld. Praktijkatelier student Aniek Leemans omschrijft haar ervaring als volgt: “De projecten die ik tijdens dit jaar heb mogen uitvoeren binnen praktijkatelier bij het Sociaal Innovatie Centrum waren projecten voor echte opdrachtgevers uit het werkveld. Een voorlichting, training of een onderzoek werd ook daadwerkelijk gegeven of gebruikt. Het is heel leuk om te zien hoe zinvol je werk kan zijn, hoe mensen op je voorlichting of training reageren en wat er allemaal mee tot stand kan worden gebracht. Zo heb ik tijdens de kennisdag dementie 2017 een training gegeven aan zorgprofessionals in de skybox van het Willem II stadion. Zoiets is zoveel leerzamer en leuker dan dat je een training aan je klasgenoten geeft. Het brengt natuurlijk een hogere druk met zich mee, omdat het wel echt goed moet zijn. Maar wanneer je dan uiteindelijk merkt dat het goed gaat, en zelfs als het even niet goed gaat en je kunt jezelf herpakken, is het dat helemaal waard en heb je er weer een waardevolle, nieuwe ervaring bij. Ook is één van de onderzoeken waar ik aan mee heb gewerkt gebruikt als verantwoording om subsidie aan te kunnen vragen voor trainingen gericht op ‘groen’ en dementie. Dat geeft op zo’n moment een veel grotere kick dan alleen maar een goed cijfer krijgen voor een opdracht of project waar verder nooit meer iets mee gedaan wordt.” Het moge duidelijk zijn dat er een verschil bestaat tussen het leren in de schoolbanken en in de praktijk. Studenten, waaronder Aniek, beleven het leren in de praktijk anders. Het werken met echte opdrachtgevers, die representatief zijn voor het toekomstige werkveld, geeft een nieuwe dimensie aan leren. “In de praktijk word je geprikkeld om nieuwe uitdagingen aan te gaan, om zo goed mogelijk werk af te leveren en de opdrachtgever tevreden te maken.” Zo beluit Aniek.

Ondernemen
Naast het opdoen van de nodige psychologische kennis en vaardigheden stond voor de praktijkatelier studenten het afgelopen jaar ook ondernemerschap centraal. “Binnen het Sociaal Innovatie Centrum werden wij gezien als echte ondernemers. Zo had ik met alle studenten een keer per week vergadering. Tijdens deze vergadering werden de nieuwe binnengekomen opdrachten besproken. Wanneer je gekozen had voor een opdracht kreeg je de benodigde informatie over de opdracht van de aanwezige begeleiding en mocht je aan de slag. Voor de invulling van de opdrachten werd ik vrij gelaten om met mijn medestudenten passende oplossingen en interventies te ontwikkelen. De communicatie met de opdrachtgever was geheel onze verantwoordelijkheid. Wanneer wij goedkeuring van zowel de opdrachtgever als onze begeleiding hadden mochten wij zelfstandig beginnen met de ontwikkeling van de interventie. Wij hadden een globale deadline, maar om deze deadline te halen moesten wij gedisciplineerd te werk gaan. Hier kwam voor ons het stukje ondernemen naar voren. Voor het eerst in onze opleiding toegepaste psychologie kregen wij te maken met ‘echte’ opdrachten. Wij hadden een verantwoordelijkheid tegenover onze opdrachtgever. Ik mocht hier als student aan vraagstukken werken die ik normaal gesproken alleen na mijn afstuderen in het werkveld zou zijn tegengekomen. Het stukje ondernemen binnen het Sociaal Innovatie Centrum heeft voor mij als student voor een boost in mijn persoonlijke groei gezorgd.” Zo omschrijft praktijkatelier student Martijn Smeets zijn ervaringen met ondernemerschap tijdens het afgelopen schooljaar.

“Het stukje ondernemen binnen het Sociaal Innovatie Centrum heeft voor mij als student voor een boost in mijn persoonlijke groei gezorgd.”- Martijn Smeets

Opbrengst
Het is duidelijk dat het praktijkatelier voor de student vele voordelen heeft. Vooral het werken met opdrachtgevers uit het toekomstige werkveld en de hoge mate van eigen verantwoordelijkheid zijn hierbij van belang. Ook de opdrachtgever heeft baat bij studenten die in staat zijn om met een frisse blik naar vraagstukken te kijken. Het is dan ook niet vreemd dat de voorgestelde interventies vaak niet de meest voor de hand liggende zijn. Praktijkatelier student Eline Havermans geeft een toelichting op de opbrengsten voor zowel de student als de opdrachtgever: “Voor beide partijen vraagt een samenwerking investeringen. Het heeft mij in het begin van het jaar wat moeite gekost om buiten de bestaande reguliere onderwijs setting te functioneren. Al snel bleek dat de opdrachtgevers uit het werkveld een andere visie van een goed project hadden dan de richtlijnen van school voorschrijven. Dit op zich is geen probleem, maar voor ons wel een extra stap om één project om te vormen tot twee goede producten. Daarnaast wordt er min of meer verwacht dat je als student meedraait met de 9 tot 5 mentaliteit en de daarbij behorende werkdruk en werklast op je neemt. Dit kan als investering worden gezien en is daarnaast de beste manier om meteen kennis te maken met alle aspecten van het werkveld. Ik zie dit zeker als een voordeel van de samenwerking. Netwerken is een belangrijk onderdeel waar ik gebruik van heb kunnen maken. Door een netwerk op te bouwen kan ik, als ik afgestudeerd ben, verder investeren om me binnen een bepaald vakgebied te kunnen profileren. Hetzelfde geldt voor de opdrachtgever die op deze manier kan kijken of er een potentiële toekomstige stagiair of werknemer voor hem tussen zit. Een ander voordeel is dat ik heel het jaar tot op een bepaalde hoogte niet locatie gebonden ben geweest. De week was verdeeld in twee dagen school en twee tot drie dagen bij het Sociaal Innovatie Centrum. Het Sociaal Innovatie Centrum was de basis en vanuit daar werkte ik iedere keer voor andere opdrachtgevers. Indien ik bijvoorbeeld een intake gesprek, een vergadering, training of presentatie had ging ik vanuit het centrum naar de externe locatie. Tevens heb ik geleerd om multidisciplinair samen te werken met andere vakgebieden en kan me hierdoor beter verplaatsen in de behoeften van anderen. Deze behoeften kan ik vervolgens weer integreren in nieuwe praktijkervaringen, zoals het ontwerpen van een voorlichting of training.

Voor de opdrachtgever is het een voordeel dat oude vraagstukken die in de vergetelheid zijn geraakt nu worden opgepakt. Dit geldt tevens voor langdurige en grootschalige projecten waar het bedrijf zelf mogelijk geen subsidie of mankracht voor heeft. Omdat zo’n project qua tijd voor een opdrachtgever niet altijd prioriteit heeft, geeft het mij als student de kans om op mijn eigen tempo en volgens eigen ideeën het concept verder uit te werken. Vaak is deze oplossing financieel ook
aantrekkelijker voor een opdrachtgever. Als ik iets van afgelopen jaar heb geleerd is het wel dat ik het fijn vond om niet persé binnen een bepaalde organisatie structuur te werken maar dat ik vrij was om mijn eigen weg te bepalen.” Zo sluit Eline af.

Uit de ervaringen van het afgelopen jaar kan voorzichtig geconcludeerd worden dat de pilot praktijkatelier door zowel de studenten als de opdrachtgevers, bij het Sociaal Innovatie Centrum, positief ervaren is. Studenten hebben baat bij het leren door het opdoen van praktijkervaring in een alternatieve leersetting. Ook in studiejaar 2017/2018 zal een groep nieuwe praktijkatelier studenten starten bij Sociaal Innovatie Centrum Oisterwijk voor de voortzetting van vruchtbare samenwerkingen.

Auteur: J.Sijstermans
Co-auteurs: E. Havermans, A. Leemans, M. Smeets

FavoriteLoadingVind ik leuk