cropped-tinkering

Gisteren hadden wij een mooie ‘thinkering’ sessie gericht op het onderwerp ‘flexibel hoger onderwijs’. Het begrip ‘tinkering’ (zonder h) staat voor knutselen of freubelen, ik heb het expres met een ‘h’ geschreven omdat je ook kunt freubelen met gedachten en dan is het volgens mij thinkering. Oké, even terug naar gisteren ochtend waar we bij elkaar zaten met de volgende vrije denkers: Ricardo Abdoel, Lorna Minkman, Erik Frey, Siete Sierag, Peter Biekens en ikzelf.

CgEVA81UEAEN-Is.jpg-large

Waarom willen we het hoger onderwijs flexibeler maken? Geldt dit alleen voor de deeltijd opleidingen? Wat moet het flexibiliseren opleveren voor student/docent? Wat heeft het werkveld hier dan aan? Kortom, een hoop vragen waarop we hebben zitten ‘thinkeren’. Een paar gedachten wil ik met jullie delen via deze blog.

  • Life Long Learning of levend leren zijn allemaal termen die vaak opduiken de laatste tijd. Dit is volgens ons echter wel het kerndoel van flexibel hoger onderwijs. Door het flexibel te maken is het bij/omscholen een stuk makkelijker omdat je niet verlicht wordt een heel traject te doorlopen.
  • De context is de belangrijkste factor tijdens de ontwikkeling, deze speelt een rol in het bepalen van de bekwaamheid en de keuze voor meetmomenten.
  • Het flexibiliseren hoeft niet meer perse tot een diploma te leiden. Het aannemen van mensen gebeurd in de toekomst steeds minder op basis van ‘papieren’ maar meer op basis van een persoonlijke portfolio. Het stapelen van losse eenheden zou dus niet tot een bevoegdheid of diploma moeten leiden maar meer tot een bekwaamheid.
  • Het bedrijfsleven inschakelen om te luisteren naar wat zij nodig hebben moeten we niet doen. We zien een wereld waarin het omdraait en het bedrijfsleven juist vraagt om dwarsdenkers/omdenkers die hen helpt te overleven. Dus vaste profielen opstellen die voldoen aan de vraag van het bedrijfsleven moeten we niet doen, de ontwikkeling van de mens zelf staat centraal en hij stelt zijn ‘toegevoegde waarde’ beschikbaar aan de wereld.
  • Toetsen zijn niet gemaakt ter controle maar zijn een beginpunt van nieuw leergedrag. Het zijn ook geen toetsmomenten maar meetmomenten. Denk hierbij aan het verschil tussen een generieke meetlat en het meten met thermometers.
  • Zodra je ervoor kiest om jezelf te ontwikkelen in de Fontys Community ga je ook een levenslange verbinding aan met een ‘coach’. Deze coach staat je bij in maken van keuzes gericht op een leven lang in ontwikkeling blijven.
  • Het flexibiliseren vraagt om een andere cultuur, nu gaan veel lerenden naar een onderwijsgebouw alsof zij naar de tandarts gaan. Ze gaan een ‘dienst’ halen en verwachten dat er iets gebeurd terwijl ze in het gebouw zijn: bij de tandarts moet er naar je gebit gekeken worden, in een school moet je slimmer worden terwijl je in het gebouw bent. De cultuur zal moeten veranderen naar halen & brengen, de focus ligt veel minder op alleen halen.
  • De focus is veel groter tijdens het leren. Dat betekent dat er veel minder leereenheden in 1x synchroon worden gestart en eindigen.

Opeens werden we uit onze freubel-gedachten getrokken door de volgende opmerking “hier gaan examen/curriculum-commissies toch nooit mee akkoord”? Wat volgde was erg interessant en raakt wat mij betreft de kern waarom rigoureuze veranderingen in het onderwijs al ruim 100 jaar uitblijven. Eerder schreef ik al eens een blog over apengedrag in het onderwijs. De bovengenoemde commissies laten grote veranderingen vaak niet doorgaan omdat zij met de accreditatie in het achterhoofd bang zijn dat het gewenste niveau niet wordt geborgd. Zij vinden het vooral belangrijk dat Jantje of Pietje als docent onafhankelijk van elkaar dezelfde toetsresultaten bereiken met hun studenten en dezelfde punten geven voor een opgeleverd product.

Het is jammer dat het maar 1x in de zes jaar carnaval is in het onderwijs. Op het moment dat de mensen van NVAO in aantocht zijn begint een speciaal samengestelde groep mensen met het bouwen van een praalwagen. Deze praalwagen heeft een zo mooi mogelijk uiterlijk dat bestaat uit allerlei documenten waarin beschreven staat wat voor goede dingen er allemaal gebeuren in de opleiding. Uiteraard worden de studenten pareltjes opgetrommeld om in een commissie plaats te nemen en worden de mooiste opgeleverde producten in een portfolio gestopt.

Begrijp mij niet verkeerd: het is goed dat we carnaval vieren in het onderwijs alleen zou het wel wat vaker mogen en onaangekondigd. Pas dan zijn de meetmomenten reëel en authentiek. Ik ben erg benieuwd wie van jullie nog meer deze carnavaltaferelen herkent en/of andere ervaringen heeft.

FavoriteLoadingVind ik leuk